De provincie Zuid-Holland heeft in haar faunabeheerplan onvoldoende gesteld dat afschot de enige manier is om van een teveel aan konijnen af te komen. Onvoldoende is gemotiveerd dat er mogelijke diervriendelijke oplossingen zijn. Er moet een nieuw faunabeheerplan komen.
In de provincie Zuid-Holland geldt een faunabeheerplan over konijnen. Was voorheen de jacht op konijnen niet toegestaan, met het nieuwe beheerplan mogen ze worden gedood op een aantal locaties. Er geldt dus een ontheffing. De locaties zijn industrieterreinen, plaatsen bij (spoor)wegen en dijklichamen, begraafplaatsen en sportvelden, en openbare locaties waar door graverij van konijnen verzakking van bebouwing is of dreigt te ontstaan. Het beheer is erop gericht om konijnenpopulaties zo laag mogelijk te houden ter voorkoming van schade en om afschot te beperken. Het doden van konijnen op deze locaties is volgens het faunabeheerplan noodzakelijk als er geen andere bevredigende oplossing is.
‘Overige locaties’
Twee natuurstichtingen verzetten zich bij de rechtbank Den Haag tegen de goedkeuring van het faunabeheerplan en tegen de ontheffing. Zij zijn het niet eens met het begrip ‘overige locaties’ waar konijnen mogen worden gedood – er worden alleen voorbeelden genoemd: recreatieterreinen, campings en trottoirs. Dat is te onbepaald, zo is het besluit in strijd met de rechtszekerheid. Maar volgens de rechtbank zijn deze locaties voldoende duidelijk omschreven en afgebakend. In het wild levende konijnen kunnen zich snel verplaatsen en vermenigvuldigen en dan moet een overheid kunnen ingrijpen ter voorkoming van schade. Juist dan wordt voorkomen dat grote aantallen konijnen moeten worden gedood. In Zuid-Holland leven naar schatting minimaal 200.000 konijnen. Het college heeft voldoende onderbouwd dat het faunabeheerplan geen afbreuk doet aan het streven naar een gunstige staat van instandhouding van het konijn in Zuid-Holland.
Diervriendelijke oplossingen
De natuurstichtingen betogen dat al jarenlang duizenden konijnen worden doodgeschoten zonder dat dit het probleem heeft opgelost. Volgens hen worden diervriendelijke oplossingen – zoals werende en verjagende maatregelen en het wegvangen en elders vrijlaten van konijnen – ten onrechte door het college verworpen als ‘niet bevredigend’. Daar is de rechtbank het mee eens: het college heeft haar visie op dit punt onvoldoende gemotiveerd. De goedkeuring van het faunabeheerplan kan wegens dit motiveringsgebrek geen stand houden. Dit geldt ook voor de ontheffing, die eveneens door de rechtbank wordt vernietigd.