Inhoudsopgave

Roofkunst uit de Tweede Wereldoorlog en het Nederlandse restitutiebeleid

Hoe komt naziroofkunst in Nederlandse musea terecht?

In de Tweede Wereldoorlog zijn door georganiseerde roof en gedwongen verkoop veel Nederlandse kunstwerken in Duitse handen terecht gekomen. Het naziregime was namelijk van plan een topcollectie, het zogenaamde “Führermuseum” in Linz op te richten. Na afloop van de oorlog zijn veel kunstwerken door de geallieerden teruggegeven aan hun land van herkomst. Het land van herkomst zou vervolgens voor teruggave aan de oorspronkelijke eigenaar zorgen.

Zo kwamen cultuurgoederen die tijdens de Tweede Wereldoorlog waren ontvreemd onder beheer van de Nederlandse staat. De uitvoering van de verschillende teruggaveregels liep niet soepel, er bleven veel zaken liggen. De voor de teruggave opgerichte instanties werden uiteindelijk opgeheven en de teruggave werd officieel afgesloten. Cultuurgoederen die nog niet waren teruggegeven kwamen zo in de rijkscollectie en in andere museumcollecties terecht.

Washington Principles en restitutie op grond van moreel-ethische gronden

Op grond van de verjaringstermijnen die in Nederland gelden, is terugvordering van tijdens de Tweede Wereldoorlog geroofde kunst via de burgerlijke rechter simpelweg niet meer mogelijk. Formeel-juridisch zijn Nederlandse restitutiezaken namelijk verjaard.

Tegen het einde van de vorige eeuw kwam wereldwijd belangstelling op voor kunst die tijdens WO II was geroofd. Internationaal werd op teruggave aangedrongen. Een van de belangrijkste uitingen van de internationale belangstelling voor teruggave van geroofde cultuurgoederen zijn de Washington Principles, een reeks van principes die de overheid oproept zich in te spannen bij het opsporen van oorlogskunst en conflictbeslechting in geval van eigendomstwisten te bevorderen. Het Nederlandse teruggavebeleid is gericht op de zogenaamde “fair and just solution” in overeenstemming met deze principes.

In 2001 is de Adviescommissie Restitutieverzoeken Cultuurgoederen en Tweede Wereldoorlog (kort: de Restitutiecommissie) opgericht. De restitutiecommissie onderzoekt, adviseert en deelt kennis over claims op nazi-roofkunst. Belangrijk is hierbij dat de staat geen beroep doet op de wettelijke verjaringstermijn. De Nederlandse overheid is van mening dat een beleidsmatigere benadering beter past bij restitutiekwesties dan een strenge juridische toets.

Conform het Nederlandse restitutiebeleid kunnen oorspronkelijke eigenaren of diens rechtsopvolgers een verzoek doen tot teruggave van hun eigendommen.

Taken Restitutiecommissie

Bij de taken van de restitutiecommissie moet onderscheid gemaakt worden tussen twee situaties:

  • Restitutieclaims die gaan over kunstwerken die in het bezit zijn van de Nederlandse Staat (rijkscollectie).
    Als het betreffende kunstwerk in bezit van de Nederlandse Staat is, adviseert de Restitutiecommissie de minister van OCW. De Commissie adviseert dan naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid. De minister controleert marginaal of de commissie zich aan de gestelde kaders heeft gehouden en neemt uiteindelijk de beslissing op het verzoek.

 

  • Restitutieclaims die gaan over kunstwerken die in het bezit zijn van anderen dan de Staat, bijvoorbeeld een provinciale of gemeentelijke instelling, een stichting of een particulier (niet-rijkscollectie).
    Als een geclaimd kunstwerk niet in bezit is van de Nederlandse Staat, maar zich bijvoorbeeld bij een particulier, een stichting of een lokale overheid bevindt, brengt de Restitutiecommissie advies uit aan de huidige bezitter van het geclaimde kunstwerk en aan de voormalige eigenaar (of diens erfgenamen). Partijen besluiten hierbij in onderling overleg de commissie in te schakelen. Dit is een vorm van alternatieve geschillenbeslechting en de adviezen zijn bindend. Voor de behandeling van bindend advies zaken heeft de commissie een reglement vastgesteld.

Bij wie zich het betreffende kunstwerk bevindt is derhalve van belang voor de wijze van indiening, de verdere procedure en volgens welke richtlijnen de zaak beoordeeld dient te worden.

Naast haar adviesfunctie in roofkunstkwesties is de Restitutiecommissie een kenniscentrum op kunsthistorisch en juridisch vlak; de restitutiecommissie geeft lezingen en publiceert kennis in artikelen en boeken.

Toekomstperspectief Nederlands restitutiebeleid

Oorspronkelijk werd aangenomen dat de Nederlandse restitutiecommissie een tijdelijk karakter zou hebben en haar werkzaamheden naar afronding van de restitutieclaims neer zou leggen. Uit het grote aantal claims in de praktijk is echter gebleken dat het beleid langer van kracht moet blijven. Eind 2016 heeft de minister van OCW een brief aan de Tweede Kamer gestuurd. De brief roept de vraag op of het restitutiebeleid breder getrokken zou moeten worden dan alleen naziroofkunst. Immers zijn er nog andere perioden en geografische gebieden waarin cultuurgoederen werden en nog steeds worden geroofd. Dit zou ertoe kunnen leiden dat restitutiebeleid een blijvend onderdeel van cultuurbeleid wordt.

Vragen of advies?

Heeft u vragen of zoekt u juridisch advies met betrekking tot restitutiebeleid? Neem dan contact op met ons team kunst en cultuur via 026 – 35 22 888 of mail naar kunst@dekempenaer.nl.

 

Facebook
Twitter
LinkedIn
Print

Meer weten?

Neem contact met ons op!

Mail

DELEN

Facebook
Pinterest
Twitter
LinkedIn