Een directeur van een failliete VOF haalt bedrijfsgevoelige informatie uit de systemen, terwijl dit niet mocht. De curator ontslaat hem op staande voet. De kantonrechter steekt daar echter een stokje voor.
Een VOF houdt zich bezig met detachering en werving en selectie. Omdat het niet goed gaat met het bedrijf, wordt voor de directeur een ontslagvergunning aangevraagd om zo de arbeidsovereenkomst te kunnen beëindigen op grond van bedrijfseconomische redenen. De directeur verzet zich hiertegen. In afwachting van de beslissing van het UWV verricht hij geen werkzaamheden meer. Snel daarna wordt de VOF in staat van faillissement verklaard.
Inloggen
Een dag na het faillissement logt de directeur, via zijn privécomputer, in op de server van de VOF en kopieert hij contactgegevens van kandidaten die in de database zitten. Vanwege het faillissement zegt de curator de arbeidsovereenkomst met de directeur op, maar tegelijkertijd wordt hij op staande voet ontslagen. Ondanks zijn schorsing heeft hij bedrijfsvertrouwelijke gegevens van de VOF verworven. In de arbeidsovereenkomst stond dat dit niet is toegestaan. De arbeidsovereenkomst is daarmee per direct beëindigd, hij krijgt ook geen loon meer. De directeur vecht dit aan bij de kantonrechter van de rechtbank Rotterdam: hij vindt dat er geen dringende reden is voor ontslag op staande voet.
Geen goed werkgever
De curator zat fout, oordeelt de kantonrechter. Hij heeft de gedragingen van de directeur alleen besproken met de rest van de directie van de VOF en met de rechter-commissaris – niet met de directeur zelf. De directeur kreeg dus geen gelegenheid zijn visie op de zaak te geven. De kantonrechter vindt dit ‘onbegrijpelijk’. De curator betrad een voor hem onbekend bedrijf, en hij ging alleen af op verklaringen van derden en enkele printscreens over het inloggen. Dat laatste was dan wel onrechtmatig, toch had de curator de directeur hierover moeten spreken. Door geen hoor en wederhoor toe te passen, heeft de curator zich niet als goed werkgever gedragen.
Hoor en wederhoor
Het voorlopig oordeel van de kantonrechter luidt: het ontslag op staande voet zal in een eventuele bodemprocedure stranden wegens schending van het algemene rechtsbeginsel van hoor en wederhoor. De directeur had geëist dat het loon wordt doorbetaald, en dat wijst de kantonrechter dan ook toe, totdat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig eindigt. Ook gelet op het faillissement wijst de kantonrechter de gevorderde loondoorbetaling toe. Wel wordt de directeur verplicht een beroep te doen op de loongarantieregeling. Deze zaak diende in 2010, maar is nu pas gepubliceerd.